Het IJslandse parlement heeft een wetsvoorstel ingediend gekregen dat het Instituut voor Staatstoezicht in staat zal stellen een SuperCode Databank op te richten die alle andere databanken zal centraliseren op basis van persoonlijke ID-nummers; met deze SuperCode kan het Instituut ieders gedrag volgen en monitoren. Hannes, een man van middelbare leeftijd die nog bij zijn bejaarde moeder woont, werkt op het Instituut en hij is de bedenker van het idee. Hannes is er stiekem al mee aan de slag gegaan op zijn computer, ook al is het onzeker of het Parlement ermee zal instemmen. Maar op een dag wordt de computer van Hannes, met daarin de databank, gestolen. Hannes is bang voor de gevolgen als ontdekt wordt dat hij illegaal aan de SuperCode heeft gewerkt. Hij begint zelf te proberen de dief te vangen, maar wordt het slachtoffer van de systemen waarin hij heeft geloofd en waar hij zo hard aan heeft gewerkt om te versterken.